Klompenmakersweg 8

De eerst bekende eigenaar van deze boerderij is Jan Maassen. Hij is waarschijnlijk soldaat.

In 1843 verkoopt hij zijn onroerend goed aan Johannes Peters (1810-1849), sinds 1832 getrouwd met Maria Hendriks (1799-1878). Het echtpaar heeft drie kinderen: Cornelis (1834-1915), Hendrica (1836-1912) en Johannes (1939-1926).

Hendrica trouwt in 1864 met Willem Hartjes (1831-1919), van beroep klompenmaker later landbouwer, en gaat met ouders en schoonouders de boerderij bewonen. Er worden acht kinderen geboren waarvan er drie in het eerste levensjaar komen te overlijden.

In 1909 wordt de tweede zoon van Willem Hartjens, Adrianus (1868-1941) de hoofdbewoner. Hij is in 1903 getrouwd met Gerardina Selten (1872-1938). Ook hij gaat hier wonen met zijn ouders en schoonouders. Het echtpaar krijgt zes kinderen, waarvan er een op zeer jonge leeftijd overlijdt.

In 1940 trouwt de enige zoon Wilhelmus Hartjens (1909-1989) met Marie Peeters (1910-2000).

In 1970 wordt de boerderij overgedragen aan de oudste zoon.