In de herfst veranderde het werk op de boerderij aanzienlijk. Aardappelen werden met de riek uitgestoken en met de hand geraapt. Voederbieten en suikerbieten werden eveneens met de hand geplukt en gekopt. Deze gewassen werden opgeslagen in grondkuilen, zorgvuldig afgedekt met stro en een dunne laag grond erbovenop. Voordat de echte vorst begon, moest er nog een extra laag grond van ongeveer 25 cm worden toegevoegd. Alles werd met de hand gedaan.
Bij koud en regenachtig weer moesten de koeien ‘s nachts op stal. Dit was geen kwestie van simpelweg de deuren openzetten. Elke koe kreeg eerst een koptouw om de horens en werd vervolgens één voor één op de grupstal geplaatst en vastgebonden aan stalpalen of hangkettingen. De volgende ochtend herhaalde dit ritueel zich, waarbij de koeien een voor een naar buiten werden gebracht. Vaak werden de koeien dan in groepjes van 3 of 4 aan elkaar gebonden om naar het land te gaan. Op het land werden ze vastgezet aan een tuier, een ijzeren ketting van 4 à 5 meter met een stevige pin in de grond. Met koptouwen werden ze hieraan bevestigd, zodat elke koe in een halve cirkel kon grazen. Dit moest zo’n vier tot vijf keer per dag herhaald worden. Tegen de avond werden de koeien weer met een volle pens naar huis gehaald. Het gezegde “Een buik als een spurriekoe” vindt hier zijn oorsprong.
Na de spurrietijd werden de koeien vaak dag en nacht op stal gehouden, vooral tijdens de stoppelknollen- of knolgroentijd. Deze twee namen verwijzen naar hetzelfde gewas. Stoppelknollen werden gezaaid op de stoppel van de rogge en soms op vroeg gerooid aardappelland. Ze moesten worden bemest. Het met de hand zaaien van dit gewas was echt vakmanschap. Het plukken van knolgroen gebeurde met de hand en werd op hoopjes geworpen. Soms reed men met paard en wagen langs het gewas en werd alles in één keer op de wagen gegooid. Veel boerenkinderen hebben zware herinneringen aan het plukken van knolgroen. Vaak was het koud en nat, en kreeg men ijskoude handen. Gelukkig zijn het plukken van spurrie en knolgroen nu geschiedenis en is het meeste werk op de boerderij gemechaniseerd.